1969 Prins Bennie Bekker , Kleine prins Rinus van Vliet (Motto bateren)
Carnaval in Zeddam - 1969
Kleine prins
De kleine prins van dit jaar komt niet uit een onbekende familie: vader Jan van Vliet kreeg zijn zoon Rinus zo ver om hem een jaar jeugdprins te laten zijn, terwijl dochters Annie en Gerda van Vliet danseressen waren. Carnaval totaal bij de familie Van Vliet in 1969 dus. Verder waren Ellen Teunissen en Bea Mali de andere danseressen.
Optocht
Er lag sneeuw in Zeddam tijdens de optocht. Vader Jan van Vliet regelde via Heyting boven aan de Möllebuult (van de asfaltinstallatie) een bulldozer om de straten schoon te maken, zodat de kinderoptocht toch normaal door kon gaan.
Grote prins
Voor de grote prins van de vereniging gold weer het gebruikelijke liedje: ze waren weer vol carnavalsvreugde van de eerste tot de laatste uur: oude muzikanten van de harmonie en ras-Zeddammers.
Gewoon een keer meedoen. Het is allemaal nog niet zo officieel als twintig jaar later.
Benny I was niet zo’n grote prater, maar Gert Egging moest ook voor hem de "spietsjes" (toespraken) maken.
Toen Gert er één keer flink naast zat, lag Benny flink in de problemen, maar wist zich toch op wonderlijke wijze te redden.
Scepter kwijt
Als prins heb je het zwaar. Je moet overal aan denken en overal zijn. Netjes op tijd aanwezig zijn, maar ook op je scepter letten. Een druk bestaan dus. En ja hoor, die scepter is onderweg van het ene naar het andere café tijdens een "plaspauze" kwijtgeraakt, wat meteen een probleem van de eerste orde veroorzaakte. Ondanks lang zoeken door prins Benny en zijn volledige gevolg, werd het ding niet teruggevonden in de sneeuw. Hij ligt waarschijnlijk nog steeds ergens langs de weg tussen het Tolhuis en Aaldering.
Handen omhoog!
Regelmatig gebeurden er bijzondere dingen in die tijd. De voorzitter van de supportersvereniging, Jos Bieleveldt, werkte toen in Zuid-Limburg. Op weg naar huis reed hij met op de achterkant van zijn auto een groot bord van de Zeddamse carnavalsoptocht, en reed hij langs Well in Noord-Limburg. Daar was ook een oud-buurjongen, Henk Köster, bij een benzinestation. “Als ik nu hier een paar posters ophang, is dat goede reclame voor Hent, die vindt dat vast goed.” Dat gebeurde dus.
Plotseling kwamen er twee politiemannen met getrokken pistolen aanrennen: “Handen omhoog!” Ze dachten dat Jos een dief was.
Jos kon, maar met moeite uitleggen wat er aan de hand was. De politie stopte toen de scherpte en waarschuwde hem dat hij moest oppassen – daar werden namelijk regelmatig benzinestations overvallen!
Prins: Benny I (Benny Bekker)
Narren: Toon Mullink, Sjaak ten Tije
Motto: Batêren tot woensdag (BTW)
Kleine prins: Rinus van Vliet
Kleine nar: Theo Verstegen

Reacties
Een reactie posten